Vous êtes ici ›Home› Dossiers
CO2: NU OOK LICHTE BEDRIJFSVOERTUIGEN IN HET VIZIER (NOVEMBER 2009)
Toen in april de veelbesproken Europese verordening betreffende de CO2-uitstoot van personenwagens van kracht werd, was de inkt nog niet droog of de Commissie was al bezig met een opvolger. Het doelwit: de lichte bedrijfsvoertuigen. De Commissie stelt immers dat het aantal lichte bedrijfsvoertuigen in Europa toeneemt, en dat in deze sector nog weinig vooruitgang geboekt is met betrekking tot zuinigheid. Het is volgens de Commissie dan ook van groot belang dat ook in deze sector een belangrijke reductie bereikt wordt. Eind oktober deed de Commissie dan ook een voorstel van tekst om dit probleem aan te pakken.Toen in april de veelbesproken Europese verordening betreffende de
CO2-uitstoot van personenwagens van kracht werd, was de inkt nog niet
droog of de Commissie was al bezig met een opvolger. Het doelwit: de
lichte bedrijfsvoertuigen. De Commissie stelt immers dat het aantal
lichte bedrijfsvoertuigen in Europa toeneemt, en dat in deze sector nog
weinig vooruitgang geboekt is met betrekking tot zuinigheid. Het is
volgens de Commissie dan ook van groot belang dat ook in deze sector
een belangrijke reductie bereikt wordt. Eind oktober deed de Commissie
dan ook een voorstel van tekst om dit probleem aan te pakken.
Het huidige voorstel is gebaseerd op een gemiddelde uitstoot van de
nieuw verkochte voertuigen van 175g CO2/km, gefaseerd ingevoerd van 75%
in 2014 tot 100% in 2016. Voor de lange termijn wordt een gemiddelde
van 135g/km vooropgesteld in 2020. Dit zou gelden voor alle voertuigen
van categorie N1, met een revisie in 2013 voor de mogelijke toepassing
op categorie N2 en M2 voertuigen.
Hoewel dit voorstel enkele goede principes behouden heeft uit de
vroegere discussie over de CO2-uitstoot van personenwagens (zoals de
gefaseerde invoering van de norm), moet toch worden opgelet voor al te
veel copy-paste werk. De ontwikkeling en markt van lichte
bedrijfsvoertuigen is fundamenteel verschillend van deze voor
personenwagens, en het is belangrijk dat met deze verschillen rekening
gehouden wordt.
De datum van invoering, bijvoorbeeld, wordt, gelijklopend met het
personenwagendossier, 3 jaar na de verwachte invoegetreding van de
regelgeving gesteld. Dat is té kort voor bestelwagens, waar
de
productcyclus van design tot verkoop 7 jaar is, in tegenstelling tot de
5 jaar voor personenwagens. De voorgestelde datums van 2014 tot 2016
laten de industrie dan ook geen tijd om voldoende van de modellen aan
te passen om aan deze wetgeving te voldoen. Wij vragen dan ook om de
invoering te doen van 65% in 2015 naar 100% in 2018, wat voldoende tijd
moet laten om de nodige voorbereidingen uit te voeren.
De doelstelling van 135g/km is bovendien volkomen onrealistisch. Men
baseert zich voor dit cijfer op een studie van 2008, die gebaseerd is
op een studie van 2006, die zich baseerde op cijfers van het jaar 2002.
Men gaat uit van een 20% aandeel van downsizing in de CO2-reducties,
zonder rekening te houden met de reeds gemaakte vooruitgang op dit
vlak, en de specifieke noden voor deze voertuigen, die downsizing vaak
onmogelijk maken. Van gewichtsreductie wordt ook al zo’n 25%
CO2
besparing verwacht. Maken we de berekening, dan zou dit betekenen dat
het gewicht van het voertuig met 500kg zou moeten dalen. Wij vragen dat
een grondige kosten-batenanalyse wordt uitgevoerd om tot een redelijke
langetermijn norm te komen.
Ondanks de discussies die gevoerd werden voor personenwagens, vinden we
ook in dit voorstel opnieuw extreem hoge boetes terug, 120 euro per
g/km boven de norm. Dit is volledig buiten alle proporties in
vergelijking met de prijzen die in andere sectoren gehanteerd worden
voor CO2-emissies. Zelfs in het eigen voorstel van de Commissie over de
publieke vloten werd een prijs van 30-40 euro per ton CO2 gehanteerd.
Wij vragen dan ook dat de boetes proportioneel worden vastgelegd met de
bedragen in andere sectoren.
Dat de economische crisis rake klappen heeft uitgedeeld in de
bedrijfswagenmarkt, blijkt duidelijk uit de verkoopscijfers van de
laatste maanden. Zo’n 30% minder verkoop van lichte
bedrijfsvoertuigen ten opzichte van dezelfde periode vorig jaar. Wij
vragen dan ook aan onze overheden, zowel regionaal, federaal als
Europees, om erover te waken dat de maatregel geen onnodige verdere
druk zal zetten op dit segment dat voor de economie van groot belang
is.